22 september 2015
De theaterzaal van de Martiniplaza zit nagenoeg vol bij de informatieavond over de noodopvang van 550 vluchtelingen aan de Van Swietenlaan. Burgemeester Peter den Oudsten, wethouder Roeland van der Schaaf en Henk Wolthof, unitmanager Noord van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) beantwoorden bezorgde vragen van kritische bewoners, maar ontvangen ook steunbetuigingen.
Menig theatergezelschap zou er jaloers op zijn: Ruim 650 buurtbewoners hebben gehoor gegeven aan de uitnodigingen die de gemeente Groningen naar omwonenden stuurde. In een volle Martiniplaza komen ze samen, op maandagavond 21 september. Aanvankelijk lijkt de stemming vooral bezorgd.“Kan mijn dochter nog wel veilig naar school?” En: “Kunt u garanderen dat er geen IS strijders tussen zitten?” Burgemeester Den Oudsten belooft dat hij de vragen eerlijk zal beantwoorden. “Ik vind het goed dat mensen kritisch zijn. Deze vragen moeten we serieus nemen. We geven naar eer en geweten antwoord. Maar u zult ook moeten accepteren dat we op dit moment niet alles weten.”
IS dreiging
Het zijn voornamelijk gezinnen uit Syrië die aan de Van Swietenlaan zullen worden opgevangen, zegt COA unitmanager Henk Wolthof. Hij acht de kans erg klein dat er mensen tussen zitten die kwaad in de zin hebben. “Als je dat wel hebt, is het niet handig om eerst door de screening van de marechaussee, de vreemdelingenpolitie en de inlichtingendienst heen te moeten.” Garanties kan hij echter niet bieden. Wel verzekert hij: “Ons personeel wordt speciaal getraind om bijzondere signalen op te vangen. Een IS dreiging wordt hierbij meegenomen. Zien wij iets, dan melden wij dat direct. We zetten ons 100 procent in om te voorkomen dat er iets gebeurt.”
Wijknoodnummer
Bezoekers uiten hun angst voor incidenten. Ron Schaftenaar, politiechef van basisteam Zuid, verzekert dat er voldoende capaciteit is bij calamiteiten. In het begin wordt er extra gesurveilleerd in de wijk. Mochten bewoners ongewenste signalen opvangen, kunnen ze contact opnemen met het COA, het algemene nummer van de politie of de wijkagent. “Bij dringende gevallen kunt u 112 bellen. Binnen een kwartier zijn we dan ter plaatse.” De burgemeester ziet ook wel wat in de suggestie van een bewoonster om een wijknoodnummer in stellen, zoals in de gemeente Weert gebeurt. “Dat is een goed punt, dat gaan we overwegen.”
Klankbordgroep
De vader wiens kind de nabijgelegen school bezoekt, is er nog steeds niet gerust op. De burgemeester snapt zijn bezorgdheid. “Het is verstandig om met scholen in gesprek te gaan.” Wethouder Roeland van der Schaaf geeft aan dat er een klankbordgroep gevormd wordt door het COA waarin scholen, instellingen en bewoners uit de wijk zitting krijgen. Zij worden gecoacht in de omgang met nieuwkomers. Van der Schaaf belooft een evaluatie. “We hebben een contract met het COA voor een jaar. Dat kan een half jaar verlengd worden. We zullen u dan uitnodigen voor een evaluatie.”
Donker
Niet alleen veiligheid, ook de opvang van de vluchtelingen zelf roept bezorgde vragen op. Is er wel wat voor de nieuwkomers te doen? Is het niet te donker aan de Van Swietenlaan? Zijn er wel genoeg voorzieningen? Henk Wolthof zegt dat de vluchtelingen een activiteitenprogramma krijgen aangeboden. En er zal zeker meer licht komen in de omgeving. “Met de klankbordgroep bekijken we hoe het verblijf in de omgeving kan worden ingebed”, vult Van der Schaaf aan.
Voorlichting
De behoefte aan informatievoorziening blijkt groot. Welk traject leggen de vluchtelingen eigenlijk af, voordat ze hier komen? Wie blijft, en wie vertrekt weer? Wolthof schat dat vrijwel 100 procent van de vluchtelingen een verblijfsvergunning krijgt, waarvan 70 procent uiteindelijk weer vertrekt. De overige 30 procent zal een plekje krijgen in ons land. De doorlooptijd van deze procedure duurt enkele weken, maar kan uitlopen tot enkele maanden. “Krijgen de vluchtelingen ook voorlichting, net als wij?” vraagt een bewoonster zich af. De COA manager beaamt dit. “Wij informeren hen over de gebruiken en gewoontes van ons land. Ze zijn zich ervan bewust dat er gevoelens van angst zijn, en dat snappen ze ook.”
Rode Kruis
Naast bezorgdheid zijn er steunbetuigingen. “Ik vind het een prachtige kennismaking met diversiteit”, meent een bezoekster. Ze ontvangt een groot applaus. “De onzekerheid die deze mensen meemaken, verdreven van hun huis, niet wetend waar ze terecht komen: ik ben blij dat ik iets kan doen!” Van alle kanten wordt hulp aangeboden: door bewoners, studenten, zelfs kinderen. De burgemeester krijgt een compliment voor de ontspannen, maar gedecideerde manier waarop hij de avond leidt en ook de gemeente krijgt een dank je wel voor het op zo korte termijn regelen van de informatieavond. Dat de bereidheid tot het geven van praktische hulp geen loze belofte is, blijkt na afloop: 120 bezoekers melden zich aan als vrijwilliger van het Rode Kruis.
Bron: Gemeente Groningen